home > Interview Manon
‘MAKERLAB is meer een oproep dan een handboek’
Docent-onderzoeker Manon Mostert-van der Sar heeft een periode vol hoogtepunten achter de rug: 12,5 jaar in dienst bij Hogeschool Rotterdam, 10-jarig jubileum van het Stadslab, de lancering van het handboek MAKERLAB én genomineerd voor docent-onderzoeker van het jaar. Maar het meest trots is ze misschien wel op de poster bij de ingang van locatie Wijnhaven. Op de poster heet een student iedereen welkom na de zomervakantie. De student is gefotografeerd in het Stadslab. ‘Het bewijs dat we écht geïntegreerd zijn binnen het instituut CMI.’
We zijn onderweg naar de bibliotheek in Tiel. Vanaf de eerste kilometers vertelt Mostert-van der Sar vol enthousiasme over haar werk als regisseur van Stadslab Rotterdam en co-auteurschap van handboek MAKERLAB. Ze praat zelfs bevlogen over het feit dat de prijs voor docent-onderzoeker van het jaar niet naar haar ging, maar is uitgereikt aan collega Dennis van der Waal van kenniscentrum Business Innovation. ‘Natuurlijk wil je deze prijs graag toevoegen aan je cv, maar voor mij zit de winst in de ontmoeting die we hebben gehad met alle genomineerden. Dennis benadrukte dit ook tijdens zijn dankwoord. Ik heb meteen een tip voor volgend jaar. Geef de genomineerden twee dagen de tijd om gezamenlijk na te denken over een maatschappelijk opgave. Presenteer de uitkomsten tijdens de jaaropening. Dat lijkt mij een mooie stap in het multidisciplinair werken.’
Peter Troxler, directeur kenniscentrum Creating 010, legt uit waarom Manon Mostert-van der Sar genomineerd was.
Na een minuut of 10 onderbreekt ze haar verhaal en zegt ze dat ik moet aangeven als ze te veel aan het woord is. ‘Tijdens mijn lessen is het regel dat er maar 20% van de tijd gepraat mag worden. Als de stewards van het Stadslab merken dat iemand te lang van stof is, wordt er uit het zicht van de groep een bordje KLEP DICHT. MAKEN! omhoog gehouden.’
Poster CMI heet studenten welkom na de zomervakantie.
Manon Mostert-van der Sar.
Mostert-van der Sar was genomineerd voor de prijs van docent-onderzoeker van het jaar 2023 vanwege haar rol in het tot stand komen van het handboek MAKERLAB. De afgelopen twee jaar hebben de Koninklijke Bibliotheek, Hogeschool Rotterdam en de TU Delft onderzoek gedaan naar de programmering en inrichting van maakplaatsen in bibliotheken. De inzichten die dit opleverde, zijn nu gebundeld. Met dit praktische handboek (.pdf) kunnen maakcoaches, bibliotheekdirecties en beleidsmakers direct aan de slag. De ontwikkelde aanpak en producten worden ondergebracht in het landelijke programma digitaal burgerschap, zodat ze voor de hele bibliotheeksector beschikbaar zijn.
Uitlegvideo van de Koninklijke Bibliotheek over het nut van een Maakplaats in de bieb.
‘Het gekke is dat ik elke hoek van deze maakplaats hier ken, maar er zelf nog nooit fysiek geweest ben. Het onderzoek vond grotendeels plaats tijdens de coronaperiode’, zegt Mostert-van der Sar. Bij de ontwikkeling van deze maakplaats, internationaal ook wel het FabLab (Fabrication Laboratory) genoemd, heeft ze samenwerkt met Lara Coomans, specialist Innovatie en Techniek bij bibliotheek Rivierenland.
‘Onze insteek is: hier heb je het apparaat; een 3D-printer of een lasersnijder. Morgen geef je een workshop en kijk maar wat er gebeurt. Nou, dat was vaak een drempel bij veel bibliotheken, maar Lara durfde in het diepe te springen. Ze ging soms hard onderuit, maar dat hoort bij het proces. Je hoeft geen expert te zijn. Je hoeft alleen maar te weten waar het volgende antwoord staat’, vertelt de co-auteur. ‘We zijn het handboek gaan maken terwijl we ermee bezig waren. Uiteindelijk is MAKERLAB meer een oproep dan een handboek.’
‘Manon voelt als je grootste fan, óók als je staat te stuntelen.’
Lara Coomans, specialist Innovatie en Techniek bij bibliotheek Rivierenland.
Coomans is met haar team erin geslaagd uiterste doelgroepen te bereiken, jong tot oud, heel talig tot analfabeet. ‘Ze hebben heel goed begrepen dat maken ook kan verbinden’, vertelt Mostert-van der Sar. ‘De ontmoeting mag het doel zijn. Niet per se het apparaat leren kennen. Maken nodigt uit om andere dingen te ontdekken. Ze hebben bijvoorbeeld heel snel workshops gedaan met laaggeletterden. In een andere Maakplaats in Nijverdal complimenteerde een vluchteling de mensen daar: ‘Bedankt voor het praten.’’
Over de samenwerking is Lara Coomans, initiator Maakplaats bibliotheek Tiel, duidelijk: ‘Manon heeft in dit project een enorm inspirerende en motiverende rol gespeeld. Ze creëerde in het voortraject al een veilige en creatieve plek om te brainstormen over wat we nu eigenlijk wilden gaan doen en ze bood tijdens de eerste pilots stevige handvatten om voor het eerst Maakactiviteiten te organiseren. Manon voelt als je grootste fan, óók als je staat te stuntelen. Ze heeft enorm veel kennis, kunde en ervaring die ze met je deelt; wat maakt dat Manon een bijzonder waardevol mens is om mee samen te werken. Bijzonder is dat ze mij en mijn collega’s met al haar enthousiasme en kennis heeft geholpen om makers te worden en om zo ook onze kennis via de bieb weer door te kunnen geven.’
De inzichten uit MAKERLAB krijgen een vervolg, maar de regisseur van het Stadslab is de eerste weken van het nieuwe schooljaar druk met andere projecten om zo ‘relevant te blijven’. De autorit vult ze met enthousiaste anekdotes over het nieuwe VR-lab, datalab, de plannen voor de geplande nieuwbouw aan de Laan op Zuid met een eigen ingang voor het Stadslab: ‘Een van de dromen die na 10 jaar werkelijkheid gaat worden. Zo kunnen we bijvoorbeeld in het weekend meer met bewoners uit de buurt initiëren.’
Maar nu eerst: KLEP DICHT. MAAK!
Workshop in de Maakplaats tijdens de Kinderboekenweek.